Technologie kan ons leven een stuk fijner maken, maar in de praktijk worden veel innovatieve ideeën en investeringen verspild. Tess Rutgers ziet in Value Tracking de methode om hightech oplossingen sneller naar de markt te brengen. “De juiste groep stakeholders bij elkaar brengen die dezelfde waarden delen, dat is de kern.”
Medische technologie waarmee de arts per patiënt vaststelt welk medicijn in welke dosering nodig is. Digitale gezondheidsgegevens die burgers op basis van hun eigen voorkeuren delen om preventief te investeren in hun fysieke en mentale gezondheid. Of een veilig digitaal ID-bewijs waarmee wachtrijen op Schiphol tot het verleden behoren. Het zijn drie voorbeelden van technologische innovaties waar veel mensen blij van zouden worden. Maar de weg van idee naar concrete toepassing en verspreiding daarvan in de samenleving is kronkelig, weet Tess Rutgers, oprichter van het Value Track Network en strategisch adviseur bij het ministerie van Economische Zaken en Klimaat.
Rutgers werkte eerder bij technologie-, onderzoeks- en consultancybedrijf Gartner, waar ze in de gaten hield welke nieuwe technologieën weleens maatschappelijke impact konden hebben. “Dat werk kun je alleen goed doen als je voortdurend de dialoog onderhoudt met àlle stakeholders in de keten – van de uitvinders tot de gebruikers en alle partijen daartussen.”
Ze zag dat er voor ondernemers die willen innoveren veel belemmeringen zijn op weg naar marktintroductie: “Er zitten vaak zoveel partijen tussen en al die partijen zijn weer gebonden aan voorwaarden, zoals regelgeving of de beschikbare technische infrastructuur. Dat netwerk is super complex. Zo gaat veel tijd en geld verloren.”
Collectieve businesscase
Technologische oplossingen kunnen veel sneller hun weg naar de markt vinden, gelooft ze. Voorwaarde is dat er een collectieve businesscase moet zijn: er moet sprake zijn van economische waarde én maatschappelijke waarde én commerciële kansen. En daarom is het volgens haar cruciaal om alle relevante stakeholders rond een innovatie al direct bij elkaar te brengen. Dit is de kern van Value Tracking, de methode die Rutgers heeft ontwikkeld. Ze legt uit hoe de methode werkt: “Neem een innovatie op het gebied van personalised health. De eerste stap bij Value Tracking is dat alle stakeholders vaststellen of zij allemaal vinden dat de innovatie inderdaad waardevol is. Vraag één is dan: heeft het economische waarde? Als technologieontwikkelaar, overheid en leveranciers van medische apparatuur die vraag positief beantwoorden, is de volgende vraag: is deze innovatie van maatschappelijk belang? Een patiëntenorganisatie kan op dat moment opstaan en aangeven dat de innovatie tot betere behandeling kan leiden waar patiënten fysiek en mentaal baat bij hebben. Voorwaarde is wel dat er bedrijven moeten zijn die daarin commerciële kansen zien. Zo zoekt de ene stakeholder in de keten bevestiging bij de ander en staan mensen meer open voor waar anderen in de keten mee bezig zijn.”
Constraints & conditions
Is er eenmaal sprake van een gedeelde visie en een duidelijke focus – dit is de innovatie die we allemaal willen – dan is er voor partijen geen enkele reden meer om níet samen te werken. Het is dan tijd voor de vervolgstap: het vaststellen van constraints & conditions. Rutgers: “In deze fase brengen de partijen samen in kaart waar ze vastlopen en onder welke condities ze de innovatie verder kunnen brengen. Een belangrijke voorwaarde is bijvoorbeeld dat als ondernemers makkelijker door het regelgevend landschap kunnen navigeren, zij én de rest van de keten sneller en beter kunnen innoveren. Dit zorgt voor een kettingreactie: in het health-netwerk hebben we mensen geïntroduceerd die binnen de financiële sector ervaring hebben met een regulatory compass. Dit hulpmiddel maakt per casus of oplossing inzichtelijk welke regelgeving relevant is. Zijn er updates in regelgeving, dan worden die direct verwerkt. Kijk naar de nieuwe regelgeving voor Medical Devices in Europa: 80% van de innoverende bedrijven in dit domein zullen 10 tot 15% extra kosten moeten maken om te kunnen voldoen aan de regelgeving. En dat is niet eenmalig, maar structureel.”
Sneller inzicht, sneller innoveren
Het interessante aan zo’n regulatory compass is volgens Rutgers dat het toepasbaar is op verschillende domeinen: ”Voor bedrijven in het gezondheidsdomein betekent het dat ze veel sneller inzicht hebben in het regellandschap en daardoor ook sneller kunnen innoveren. Blijkt bijvoorbeeld dat bepaalde producttesten in Europa strenger zijn dan in de VS, dan kan het bedrijf besluiten zijn product op de Amerikaanse markt te introduceren. Voor beleidsmakers hier is dit ook relevant: als blijkt dat een bepaald wetsartikel het grootste obstakel is voor maatschappelijk relevante innovaties, dan kan dit reden zijn om de regelgeving aan te passen.”
Calls to collaborate: geen organisaties, maar mensen
Ook rond thema’s als opslag van duurzame energie, de slimme, klimaatbestendige stad en publieke vervoersstromen bewijst de methode haar waarde. Het staat of valt met de bereidheid van mensen om mee te werken, benadrukt Rutgers: “We nodigen geen organisaties uit, maar mensen met bepaalde expertise, ervaring of toegang tot resources. De ene keer hebben we de CEO’s van Roche of DSM nodig, de andere keer een reuma-arts. Zij leggen op hun beurt weer de verbinding met anderen binnen hun organisatie of netwerk. En ze doen graag mee, omdat ze het belangrijk vinden. Niet alleen omdat ze commerciële kansen zien, maar ook omdat ze willen bijdragen aan een betere samenleving. Op hun beurt delen zij hun perspectief binnen hun eigen organisatie. Hierdoor kunnen we snel inzoomen op het executief niveau, waar experts aan potentiële doorbraken werken. Zodra zij iets kunnen laten zien, komt dat weer terug in de cirkel erboven. Daarnaast zoeken we aansluiting op evenementen buiten het eigen netwerk. Zo vormt zich een rode draad dwars door organisaties en activiteiten heen en ontstaan er kettingreacties.”
Samenwerking met Digicampus
Rutgers werkt onder andere met Digicampus aan de Agenda 2022 van het Valuetrack Network. Daaruit komen concrete projecten met partners om al die technologische oplossingen waaraan binnen domeinen gewerkt wordt, te versterken en sneller naar de markt te brengen. “Ik zie Digicampus als een zeer sterke partij die publieke, private, wetenschappelijke partijen en de samenleving kan verbinden aan digitale innovatie. Het liefst zie ik dat de doorbraken waaraan wij werken straks als lesmateriaal voor de komende generatie dienen. Via de leerstoel GovTech kan Digicampus die link leggen.”