Deze zomer heeft Niels de Boer zijn master Governance en Management van Complexe Systemen aan het Erasmus afrondt. In dit blog vertelt hij over zijn afstudeerscriptie: Check. Pas aan. En door. De relatie tussen publieke waarden en proactieve dienstverlening.

Voor mijn afstudeerstage heb ik bij Digicampus onderzoek gedaan naar proactieve dienstverlening. Als bestuurskundige had ik nog niet eerder van deze term gehoord en vond ik het lastig om hier een scriptievraag over te formuleren. Ik vind dat proactieve dienstverlening een veelbelovend concept is, maar ik ben altijd sceptisch tegenover grote nieuwe veranderingen bij de overheid. ‘Nieuwe’ vormen van dienstverlening komen voor mij vaak over als marketingtermen die zelden de hoofdoorzaak van maatschappelijke problemen aanpakken. Het voelt meer als rebranding, dan als een revolutionaire verandering. Mijn scepticisme is minder geworden naarmate ik meer kennis opdeed over proactieve dienstverlening. Het is voor mij nu duidelijk dat proactieve dienstverlening een concrete oplossing kan zijn voor veel problemen die ik zelf ook ervaar. Denk hierbij aan de versnippering van informatie, de uiteenlopende verwachtingen van de overheid aan de burger en de angst dat je als burger iets verkeerd doet in een aanvraagproces.

Op dit moment bestaat proactieve dienstverlening in Nederland met name uit proactieve informatievoorziening. Burgers worden er op gewezen dat zij mogelijk recht hebben op bepaalde producten of diensten, zoals de overheidscampagne rondom het aanvragen van de energietoeslag. Wanneer je een hogere mate van proactiviteit wilt, dan kan je denken aan het automatische toekenning van inkomensondersteunende regelingen. Oftewel, als een burger recht heeft op een regeling, dan kan dit met beperkte interactie worden toegekend. Dit gaat een ingrijpende verandering betekenen voor de relatie tussen burger en overheid. Dit is iets waarin ik veel potentie zie, maar ook allerlei haken en ogen. Deze haken en ogen hebben betrekking tot privacy en transparantie. Om te testen of mijn zorgen terecht zijn, heb ik de Nederlandse proactieve dienstverlening gekoppeld aan een concept uit mijn studie: publieke waarden. De onderzoeksvraag van deze thesis luidt: Op welke wijze worden publieke waarden meegenomen in het ontwerp en de levering van proactieve dienstverlening in Nederland?

Door middel van diepte-interviews met dertien ambtenaren die zich bezighouden met het ontwikkelen van proactieve dienstverlening, is er een overzicht gecreëerd van de wijze waarop invulling wordt gegeven aan vier verschillende relevante publieke waarden. Deze waarden betreffen: kwaliteit van dienstverlening, vertrouwen, gelijkwaardigheid en efficiëntie. Tevens is er bevraagd in welke mate er een conflict bestaat tussen deze verschillende waarden en hoe daarmee wordt omgegaan. Zo kan een hogere mate van efficiëntie door middel van algoritmegebruik een afbraak doen aan vertrouwen en gelijkwaardigheid, zoals het geval was bij het fraudeopsporingsmechanisme van de Belastingdienst. Op basis van de verschillende waarden en hun invulling heb ik vervolgens een overzicht gemaakt.

Publieke waardeOntwerpLevering
Kwaliteit van dienstverleningUitgebreid onderzoek naar relevante doelgroep om effectiviteit te vergroten
Verhogen van gebruikersgemak
Toename in aanvragen, bezoekers van portaal, binnenkomende telefoontjes, etc.
Beperkte gepersonaliseerde levering door huidige wetgeving
VertrouwenOntwerpen samen met burgers: co-creatie
Dataveiligheid wordt voorafgaand gegarandeerd door privacywetgeving
Transparantie wordt gegarandeerd door algoritmeregister en recht op inzage
Beperkte mogelijkheden tot feedback
GelijkwaardigheidToetsen van taalgebruik door gespecialiseerde organisaties
Door middel van co-creatie testen op inclusiviteit  
Toepassen van Omnichannel dienstverlening
Digitalisering en automatisering met tweeledige effecten op gelijkwaardigheid
EfficiëntieOp het moment geen leidende rol
Grote investeringen zijn nodig  
Gebrek aan interne efficiëntie leidt tot een geringe toename in productiviteit

Er blijkt wel degelijk een afweging te zijn tussen verschillende publieke waarden bij proactieve dienstverlening. Deze afweging is voornamelijk tussen ‘efficiëntie’ aan de ene kant en ‘gelijkwaardigheid’ en ‘vertrouwen’ aan de andere kant. Uit mijn onderzoek kwam naar voren dat efficiëntie geen leidende rol speelt in de ontwikkeling en uitvoering van proactieve dienstverlening, waarbij het verhogen van gelijkwaardigheid en kwaliteit van dienstverlening wel centraal staan. De verschillende publieke waarden hebben invloed op elkaar. De gedachtegang van de huidige ontwikkeling van Nederlandse proactieve dienstverlening is door de publieke waarde ‘vertrouwen’ te verhogen door middel van het bewerkstelligen van meer gebruikersgemak, bereikbaarheid en inclusiviteit. Een veelbelovend middel dus, proactieve dienstverlening.

Waar zitten dan de knelpunten? Ten eerste bestaat er een spanning tussen het garanderen van ‘vertrouwen’ door middel van strenge privacywetgeving en het verder invoeren van proactieve dienstverlening. Gepersonaliseerde dienstverlening waarbij de burger zo min mogelijk gegevens hoeven te leveren wordt lastig onder huidige wetgeving die gegevenskoppeling tussen organisaties bemoeilijkt. Echter zorgt dit ervoor dat de voordelen in publieke waarde van proactieve dienstverlening beperkt blijven. Het is belangrijk voor beleidsmakers en juristen om de discussie aan te gaan welke vorm van ongemak zwaarder weegt: het ongemak van gegevenskoppeling of het ongemak van niet-gebruik.

Maar het is niet alleen wetgeving die verdere proactieve dienstverlening in de weg staat. Proactieve dienstverlening kan alleen tot groter gebruikersgemak, gelijkwaardigheid en vertrouwen leiden als de aanbieders van deze dienstverlening de zaken goed op orde hebben. Klantmomenten moeten beter worden vastgelegd, eigenaar en verantwoordelijkheid moeten duidelijk worden verdeeld. Dat is ook iets wat ik vooral wil meegeven aan de beleidsmakers die zich hiermee bezighouden. Een hogere mate van interne efficiëntie is nodig voordat er op verantwoorde wijze kan worden overgestapt op echte automatisering. Proactieve dienstverlening is alleen gunstig voor burgers binnen de een-loket gedachte. Als een burger verschillende producten krijgt aangeboden of toegekend van versnipperde organisaties, dan zal dit niet tot meer gebruikersgemak leiden. Een integrale aanpak is essentieel voor het leveren van proactieve dienstverlening die publieke waarden in acht houdt.

Ik hoop dat ik met dit onderzoek heb kunnen bijdragen aan een handvat voor mensgerichte dienstverlening. Daarnaast vond ik het heel leuk om met mijn respondenten discussies te hebben over dit onderwerp. Dit onderzoek gaf mij de mogelijkheid om de vragen die ik heb als burger direct te stellen. Bovendien hoop ik dat ik de mensen, die aan de voorhoede staan van deze ontwikkeling, heb kunnen laten reflecteren op de waarden die zij meegeven, zowel impliciet als expliciet. Zoals ik eerder aangaf, zag ik nogal wat valkuilen bij ‘echte’ geautomatiseerde proactieve dienstverlening. Hoewel ik deze valkuilen deels nog steeds zie, ben ik blij om te zien dat er binnen de Nederlandse overheid bewustzijn is en discussie gevoerd wordt over mogelijke problematiek bij proactieve dienstverlening. De ontwikkeling van proactieve dienstverlening is niet hopeloos optimistisch, maar onderdeel van een traject waarbij zorgvuldig wordt nagedacht over de afwegingen tussen verschillende publieke waarden.

Nieuwsgierig geworden en wil je meer weten over het onderzoek van Niels de Boer? Neem contact op met info@digicampus.tech