Gemeenten willen hun informatiepositie verbeteren rond criminaliteit om zo ondermijning van de maatschappij tegen te gaan. De Haagse startup Meld een Vermoeden bouwt een platform dat daarbij moet helpen. Een mooi voorbeeld van GovTech. Digicampus vroeg Viresh Jagesser, oprichter van Meld een Vermoeden om zijn ervaringen te delen zodat anderen die aan GovTech oplossingen werken hiervan kunnen leren.  

Wat zijn jullie ervaringen met samenwerken met overheden?

Granaten die aan de deurklink van horecazaken worden gehangen, beschietingen in de publieke ruimte, vergismoorden. De samenleving wordt steeds vaker opgeschrikt door dit soort heftige uitwassen van de onderwereld. De onder- en bovenwereld raken steeds meer met elkaar verstrikt doordat criminelen legitieme ondernemingen gebruiken om geld wit te wassen. “Bij de overheid heerst het besef dat we dit nu moeten stoppen”, zegt Viresh Jagesser. “Anders kunnen we het niet meer stoppen en wordt de bovenwereld te afhankelijk van de onderwereld.”

Meld een Vermoeden maakt een platform waarmee gemeenten op een laagdrempelige en intuïtieve manier een sterke informatiepositie kunnen opbouwen om ondermijnende criminaliteit te bestrijden. Daarbij is voor gemeenten gekozen omdat die snel kunnen handelen, zegt Jagesser. “Je hebt in Nederland drie instrumenten waarmee je een crimineel kan aanpakken. Het strafrecht, het fiscaal recht en het bestuursrecht. Dat laatste is een heel effectief middel, omdat de gemeente dit binnen 24 uur kan inzetten. De burgemeester heeft via de Wet Damocles het recht om een pand te sluiten, bijvoorbeeld omdat er een drugslab in zit. Het inzetten van het strafrecht kost veel meer tijd.”

Via Meld een Vermoeden kunnen onderbuikgevoelens gemeld worden bij de gemeente. Die pluist de melding vervolgens uit en gaat over op interventie als dat nodig is. “Met onze app willen we het laagdrempelig maken om onderbuikgevoelens zo vroeg mogelijk te melden,” zegt Jagesser. “Ook al kun je iets nog niet hard maken. Meld Misdaad Anoniem bel je pas als je vrij zeker weet dat er iets mis is. Maar door verschillende signalen aan elkaar te koppelen, kunnen wij in een eerder stadium al een goed beeld vormen.”

Innovatiecultuur

De overheid heeft de markt nodig om innovatie op gang te krijgen, vindt Jagesser. “De hele cultuur van een startup is erop gericht om innovatie in de markt te brengen. Je hebt een horizontale structuur, korte lijntjes, de focus ligt op één ding. Bij de overheid draait de cultuur om het zorgvuldig uitvoeren van processen. Dat is iets heel anders. Als je bezig bent met het goed controleren van processen, ben je automatisch minder innovatief. Overheden durven minder nieuwe dingen uit te proberen omdat ze nog niet zeker weten of dat goed gaat werken. Bovendien helpt het andere perspectief van een buitenstaander om te zien hoe afdelingen beter met elkaar kunnen samenwerken.”

Meld een Vermoeden vindt zijn oorsprong in een hackathon die in 2016 gehouden werd door ICTU en het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. “Daar spraken we veel mensen uit het veld. Een van de bottlenecks die zo naar voren kwam, is dat je nergens op een laagdrempelige manier een melding kunt doen. Na het winnen van de hackathon kregen we financiering om een werkend product te bouwen en een pilot uit te voeren in de gemeente Den Haag.

Wat Jagesser betreft, organiseert de overheid vaker Hackathons. “De manier van aanbesteden die er nu is , werkt averechts. Het zorgt ervoor dat kleine partijen nooit mee kunnen doen. Startups kunnen de tijdsinvestering van het inschrijven op een aanbesteding niet doen. Daarom zijn hackatons zo waardevol, daarbij kunnen ook kleine startups meedoen. De overheid moet kijken of dat ook bij kleine en middelgrote projecten vaken gedaan kan worden. Dat biedt veel kansen voor meer innovatie.”

Hypothese bewezen

“In de eerste paar weken van de pilot werd de hypothese al bewezen: er kwam meteen meer bruikbare informatie uit wijken waar nooit informatie uit kwam. Den Haag wilde Meld een Vermoeden in productie nemen en heeft ons ook geholpen bij het houden van demo’s voor andere gemeenten. Ook de uitrol bij wijkagenten hebben we in samenwerking gedaan. Het is belangrijk dat je dat samen oppakt, zodat je laat zien dat beide partijen geloven in de innovatie.

“We hebben echt geluk gehad dat we zelf al in Den Haag zaten. Daar was al een ecosysteem van The Hague Security Delta en we wisten de weg makkelijk te vinden. Ecosystemen zijn ontzettend belangrijk voor startups. Dat is waar je peers zitten en waar begeleiding te halen valt.”

Doorpakken

Het team achter Meld een Vermoeden heeft eerder de KopieID-app gebouwd. Daarmee kunnen mensen een veilige kopie van hun identiteitsbewijs maken, waarbij gevoelige zaken zoals het burgerservicenummer automatisch worden weggelakt. Ook dat project is tijdens een hackathon ontstaan, maar vervolgens helemaal overgedragen aan de overheid. Daar kwam de ontwikkeling stil te liggen. Frustrerend, vindt Jagesser. “In mij zit innovatie. Als ik iets heb bedacht, wil ik kunnen doorpakken en het naar een volgend niveau brengen. Daarom houden we de ontwikkeling van Meld een Vermoeden zelf in de hand. We zijn nog lang niet klaar.”

Op dit moment werkt Meld een Vermoeden aan een doorontwikkeling waarbij ook burgers meldingen kunnen doen. In Den Haag wordt daar een pilot mee gehouden. Meldingen in het platform worden bovendien uitgebreid naar dossiers, om zo alle data op een plek te hebben. Dat maakt efficiënter werken mogelijk en de status kan beter gemonitord worden. “De doorontwikkeling pakken we in samenwerking met een paar gemeenten op. Zo zorgen we ervoor dat wat we maken, ook door al onze klanten gewaardeerd zal worden. Tijdens gesprekken met gemeenten zoeken we de rode draad. Wat hebben ze echt nodig? Daarmee voorkomen we dat er maatwerk nodig is, want dan is het niet meer schaalbaar. Je hebt maar beperkte resources als startup, dus er moeten wel meerdere gemeenten op een feature zitten te wachten.”

Breed probleem aanpakken

De startup investeert veel tijd in het opbouwen van een betrouwbaar imago. “Overheidspartijen moet je op een andere manier benaderen dan op de normale markt. Zaken kosten meer tijd, je moet al een naam hebben binnen de markt. Groei helpt wel bij het krijgen van vertrouwen. De eerste tien gemeenten waren moeilijk om aan te sluiten, maar nu zijn we in 25 gemeenten actief verspreid door het hele land.”

Met klanten in gesprek blijven zorgt ervoor dat je niet op een verkeerd spoor blijft hangen, zegt Jagesser. “Aan het begin zaten we sterk op het domein van adresfraude. Dat had in Den Haag veel tractie, maar bij andere gemeenten was het lastiger om er op door te pakken. Daarom hebben we toen een pivot gemaakt naar ondermijning, zodat er meer categorieën zijn waar je op kunt melden. Dat is onze belangrijkste les geweest: je moet iets aanpakken waar veel gemeenten last van hebben, niet een probleem dat alleen in een bepaalde regio speelt.”

Digicampus ziet dat de opschaling van GovTech oplossingen vaker mislukt doordat een oplossing niet breed toepasbaar is. Het GovTech Validatielab van Yes!Delft gaat hierbij helpen. Lees hierover de blog: Digitale innovaties in de publieke sector komen in een stroomversnelling.